Dagelijks
raadplegen miljoenen mensen de astrologische rubrieken in kranten en
tijdschriften. Ze hopen in de voorspellingen een steun te vinden, een
inspiratie om de dag te beginnen of om dat wat gebeurd is op een later
tijdstip te overdenken.
Een ieder die leest wat er in die voorspellingen geschreven staat weet
eigenlijk best wel dat een voorspelling vooral een punt van aandacht
is, een persoonlijke concentratie inhoudt.
Hetzelfde effect zou, en dan ook nog in sterkere mate, door middel van
een korte meditatie bereikt kunnen worden, al of niet versterkt door
het branden van een kaarsje of het aansteken van een staafje wierook.
Een korte concentratie en een langere meditatie zijn handelingen die
door de meeste individuen verschillend beoordeeld worden. De een hecht
er waarde aan. De ander vindt het overdreven fijngevoeligheid. Er zijn
er die nog verder gaan en het platweg als flauwekul bestempelen.
Degenen
die de astrologische rubrieken lezen weten zelf wel dat de sterren echt
niet bepalen wat er op een bepaalde dag precies gaat gebeuren of wat
de toekomst is van een op die dag geboren mensenkind.
Wel kunnen de zon, maan en sterren en de standen die ze ten opzichte
van elkaar in ons zonnestelsel innemen, inspireren. Want het universum
is een groot geheel waarin zelfs de kleinste onderdelen een plaats hebben.
Zon, maan en sterren kunnen aanwijzingen geven aan diegenen die daarvoor
open staan, daarvoor als het ware een zintuig hebben. De astrologische
gegevens van een individu hebben in feite dezelfde funktie als het persoonlijke
voorwerp dat een psychometrist ter hand neemt en dat voor hem een punt
van concentratie vormt, een verbinding met de esoterische wereld is.
Dat is de verbinding met hogere dimensies dan de vier die waarin we
ons bevinden.
Die verbinding wordt door de meeste stervelingen slechts af en toe en
ook maar kortstondig, soms zelfs slechts in een flits of in een droom,
ervaren.
De
funktie van de astrologie is niet de voorspellende kracht op zichzelf.
Nee, de funktie van de astrologie is het geven van inzicht en het aanreiken
van de mogelijkheden om het eigen karakter te verbeteren, om de aard
en waarde van relaties met anderen beter te zien en te beleven, om de
persoonlijke houding ten opzichte van gebeurtenissen te wijzigen en
de juiste aktie te bepalen.
Als we de zaken die de astrologie ons op die manier aanrijkt zo bekijken
en de aanwijzingen niet als een spoorboekje beschouwen maar als een
inspiratie om het persoonlijke leven en het samenleven met anderen te
verbeteren, dan hebben we het juiste inzicht.
We weten dan of we de banden met anderen moeten versterken of juist
verbreken, of we aktie moeten ondernemen of een afwachtende houding
moeten aannemen, of we ons zakelijk op moeten stellen of de ander liefdevol
moeten benaderen.
En tenslotte ook of we liefde mogen ontvangen.
Arthur
Star, november 2002