Elisabeth Lugt - Sopraan

Synopsis in English Links

In het Haarlemse Concertgebouw.

 

'Nocturnen' van Louis Andriessen met het Concertgebouw Orkest onder leiding van Bernard Haitink (Donemus DAVS 6504).

 

 

 

 

 

Een vroege Philips uitgave met 'Een Kerstcantate', geschreven door Gerard Hengeveld en onder zijn leiding uitgevoerd. Elisabeth Lugt (sopraan), Jan Rietvelt (tenor), het 'Consolatrix Afflictorum Koor" en Orkest. Philips S 06023 R.

 

 

De aankondiging van een liederenrecital in de Kleine Zaal van het Concertgebouw met pianist Felix de Nobel.

 

 

Deelnemers aan het Fauré Concours van 1953, georganiseerd door Noémie Pérugia. Van links naar rechts: Helena Schouwman-Quispel, Arnold Ogtrop (eervolle vermelding), Elisabeth Lugt (1e prijs), Noémie Pérugia, Alexandra Bouwmeester (2e prijs), Beatrice Mackenzie, Riek Waas-Reen (vermelding).

 

 

De dionysische Marinus Voorberg (1920-1985) hield van goed eten en bracht de volheid en goede smaak in de muzikale uitvoering.

 

In "De Verloren Zoon" - L'enfant prodigue - van Claude Debussy. Uitvoerenden: Renée Claassen, Elisabeth Lugt, David Hollestelle, het Kunstmaandorkest, leerlingen van het Nationale Ballet, het geheel onder leiding van Hans Lichtenstein. De choreografie was van Johanna Zuiver. De uitvoering werd uitgezonden op 2 september 1955.

 

 

Dirigent en solisten bij de uitvoering in Groningen van het oratorium "Das Buch mit sieben Siegeln" van Franz Schmidt op 6 februari 1963: Jeanne Deroubaix (alt), Guus Hoekman (bas), Charles de Wolff (dirigent), Hans Ulrich Mielsch (tenor), Elisabeth Lugt (sopraan) en Naan Pöld (tenor).

 

 

Ook 'La damnation de Faust' stond op Elisabeth's repertoire.
Ze zong het o.a. op 18 januari 1964, samen met Serge Maurer (tenor), Guus Hoekman (bas) en Henk Driessen (bas). Kees Stolwijk dirigeerde het Rotterdams Philharmonisch Orkest.

“Ik hoor geen mooie, geschoolde stem” zei Jo Vincent toen Elisabeth Lugt voorzong en haar om advies vroeg. De bekendste zangeres van Nederland nam nooit een blad voor de mond. De stem moest inderdaad nog geschoold worden.
Ook altzangeres Theodora Versteegh was aanvankelijk karig met haar enthousiasme. Versteegh was ook oratoriumzangeres maar lette weer op andere aspekten van de stem. Toch ging Elisabeth Lugt bij Versteegh les nemen.
Na het overlijden van Theodora Versteegh (1889-1970) koos ze voor Corry Bijster en bij haar is ze tot aan het einde van de zangcarrière gebleven. Een stem moet doorlopend getraind worden.

Elisabeth Lugt behoort tot de generatie die door de duur van de Tweede Wereldoorlog belangrijke kansen voor studie, vorming en ontwikkeling heeft gemist. Er zijn er zovelen die pas na 1945 konden beginnen met wat ze vijf jaar eerder hadden willen aanvangen.
Negatieve ervaringen maken onzeker, maar ze zijn ook een aansporing om het doel wat voor ogen staat te bereiken. Elisabeth: “Voor het zingen moest ik knokken.” De kleur van haar stem, haar talent en haar doorzettingsvermogen maakten dat ze slaagde.

Ze zong onder de dirigenten Bernard Haitink en Willem van Otterloo, met Jean Fournet en met Eugen Jochum, maar ook met regionale grootheden. Ze zong samen met onder meer Bernard Kruysen, Annette de Labije, Max van Egmond. Opnamen waarin ze te horen is verschenen op het Philips label. En ze zong modern werk dat op het Donemus-label uitgegeven werd.

Er waren vlak na de oorlog ook andere aansporingen. Toen Pierre Bernac en Francis Poulenc eind jaren veertig in Den Haag optraden waren de ouders van Elisabeth onder de indruk van de zangkunst van Bernac. Dat leidde ertoe dat Elisabeth bij Bernac kon gaan studeren. Ze ging naar Parijs. Al na een maand zei Bernac: “Je hoeft geen lessen meer te nemen. Het is nu belangrijk om podiumervaring op te doen.”

Elisabeth Lugt werd in 1924 geboren in Batavia, in wat toen Nederlands Indië heette. Ze groeide op in een beschermd milieu, maar werd uiteraard beinvloed door de Indische cultuur en de prachtige natuur. Als 17 jarige haalde ze het eindexamen van de Middelbare School. Maar een verdere studie zat er niet in. De Japanners vielen Indië binnen en bepaalden dat alle Nederlanders in kampen moesten worden ondergebracht. Zo’n kamp was aanvankelijk min of meer een open wijk. De mensen woonden er in kleine huisjes. In het begin was er nog wel enige bewegingsvrijheid, maar na het aanscherpen van de internationale situatie ging het kamp op slot en heerste er een streng militair bewind.
Er brak een vreselijke tijd aan. Ziektes, ontberingen, slechte hygiëne bepaalden de dagelijkse strijd om te overleven. Een lichtpuntje was dat er in een van de huisjes een piano stond. Er kon muziek gemaakt worden. Als ontspanning en als troost.
Aan het eind van de oorlog woog Elisabeth, 21 jaar oud, nog slechts 32 kilo. En dat in de zo belangrijke jaren van ontwikkeling.

Al van jongs af aan wilde ze zingen en haar voorliefde voor het Franse repertoire is geen toeval. In Batavia kwamen veel musici optreden in de Kunstkring. Ook Fransen. Omdat de ouders frans spraken kwamen die veelal bij de familie Lugt overnachten. Altviolist Pierre Pasquier (van het Pasquier Trio) merkte tijdens een bezoek direkt op dat Elisabeth een bijzonder mooie stem had.
Maar ze had ook talent voor toneelspelen. Elisabeth: “Toneelspelen moet je eigenlijk met meerdere mensen doen. Zingen... dat kan je altijd ook alleen doen.”

In 1945 vertrok het gezin naar Nederland en ging in Voorburg in het huis van grootvader Lugt wonen. Er was veel in te halen, maar geld voor een piano was er niet. En zingen was er ook niet bij. In die tijd waren velen - ook zij die de kunst zo lief hadden - de mening toegedaan dat kunstenaars een zedeloos leven leidden. De ouders van Elisabeth vonden dat het milieu van musici en zangers (om over “het toneel” nog maar te zwijgen), het verkeerde milieu voor hun dochter was. Elisabeth zou haar talenten beter gebruiken en Frans studeren. En dat terwijl de muziek al in de vroegste jeugd deel van haar leven uitmaakte. Haar moeder speelde piano. En in huize Lugt in Batavia werden grammofoonplaten gedraaid. Mozart’s Vioolconcert KV 217 bijvoorbeeld. Die muziek is haar altijd bijgebleven, heeft haar als het ware haar hele leven begeleid. Misschien mede door die eerste indrukken lag Mozart haar veel beter dan Bach.

Ze volgde de opleiding Middelbaar Frans in Den Haag en ging les geven. Daarbij ook nog eens zang studeren was eigenlijk onmogelijk. Maar ze zette door, volgde haar droom, zette alles op alles. In het geheim ging ze naar Hilversum om bij de omroepverenigingen voor te zingen. Overal werd ze aangenomen. Toen dat uitkwam moesten de ouders wel toestemming geven, zeker na het optreden van Bernac en Poulenc.

Naast de invloeden van Theodora Versteegh, Pierre Bernac en Corrie Bijster werd ook een verblijf in Wenen bepalend voor de carrière. In Wenen verbleef ze twee jaar. Daar trad ze veelvuldig op en haar stem en voordracht werd door critici vooral met die van Irmgard Seefried vergeleken. Wenen is de stad waar iedereen met muziek bezig is, als kunstenaar en als toehoorder. Dan kon de tramconducteur bij de kaartcontrole zeggen: “Was singen Sie. Die Mimi? Ich dachte sie haben so eine zärtliche Persönlichkeit, Sie singen die Musette! Aber wenn ich Ihre stimme höre, ja, dann singen Sie die Mimi.” Ook op de Naschmarkt blijkt iedereen op de hoogte van het Weense muziekleven te zijn. Een verkoopster: “Haben Sie gestern die Gueden gehört? Hat sie wieder falsch gesungen? Ja, die hat wieder falsch gesungen.” Die verkoopster van de Naschmarkt zat vooraan in de Wiener Oper.

In Wenen is de concurrentie groot. In Wenen leerde ze ook de betekenis kennen van de uitspraak: “Es gibt soviele Sänger auf der Welt. Aber so wenig gute Menschen. Seien Sie lieber ein lieber Mensch.”

Als Elisabeth aan het begin van haar carrière voor het eerst voor publiek zal optreden, dan vindt de organisator haar te goed om slechts een paar liederen te zingen. Ze krijgt een volledige avond en een professionele begeleider: de grote pianist George van Renesse, "de Nederlandse Gerald Moore". Van Renesse is toen haar vaste begeleider gebleven, 22 jaar lang. Daarna ging ze op aanraden van impressario Sylvio Samama met pianist Felix de Nobel werken en optreden. Ze gaf ook een paar recitals met Rudolf Jansen. Achteraf zegt ze: “Ik vind het jammer dat ik Rudolf Jansen niet méér gevraagd heb.”

Fluitist Jean-Pierre Rampal, Elisabeth Lugt en Robert Veyron-LaCroix voor hun vertrek naar Indonesië.

Bij de Franse zangeres en zangpedagoge Noémie Pérugia hebben veel bekende en ook grote namen gestudeerd. Volgens Pierre d'Arquennes, een autoriteit op het gebied van de zangkunst, was ze 'une fauréenne remarquable'. Begrijpelijk dat Noémie Pérugia haar concours voor jonge zangers "Fauré Concours" had gedoopt. In 1953 won Elisabeth er de 1ste prijs.
In datzelfde jaar vertrekt ze samen met fluitist Jean-Pierre Rampal en pianist/clavicinist Robert Veyron-La Croix voor een 2 maanden durende tournee door Indonesië. Vlak voor het vertrek bleek dat Jean-Pierre Rampal geen visum had, zo meldde het Algemeen Dagblad van 6 november 1953. Maar dat werd snel geregeld. Later beschrijft Rampal in zijn memoires de belevenissen van het trio. Ze vlogen van het ene eiland naar het andere in houten vliegtuigjes, trotseerden de beruchte tropische stormen en moesten zich steeds weer aan de veranderende omstandigheden aanpassen. Met succes, al moest Robert Veyron-LaCroix wel eens een paar toetsen op de beschikbare piano overslaan, omdat ze vals klonken of mechanisch bijgeluiden maakten. De kunstenaars maakten kennis met de boeiende Indonesiche cultuur, en de Indonesiërs kregen prachtig fluitspel, pianospel en hoge zangkunst voorgeschoteld.

Elisabeth Lugt en dirigent Jean Fournet.

De studie Frans is van grote betekenis in Elisabeth Lugt's carrière geweest. De Fransen vonden het altijd prettig dat haar uitspraak zo perfect, zo frans was. Geen wonder dat ze gevraagd werd voor de rol van Jeanne in “Jeanne d’arc au bûcher” van Arthur Honegger, een rol die ze met veel overgave en overtuiging bracht. Daarin kon ze ook haar talent voor dramatiek gebruiken. Dat was uiteraard een ander oratorium dan die oratoria waarin ze min of meer voor den brode zong. Ook muntte ze uit in Ravel’s “Shéhérazade” (gedichten van Tristan Klingsor door de jonge Maurice Ravel op muziek gezet). In 1965 zong ze Shéhérazade met het Radio Filharmonisch Orkest onder leiding van Jean Fournet. Meerdere uitvoeringen volgden.
In Bizet's "Carmen" zong en acteerde ze de rol van Micaela. Met het Radio Kamerokest onder leiding van Francis Travis zong ze "Canto" van de Duitse componist Georg Kröll. En in Debussy's "L'enfant prodigue" speelde ze naast Renée Claassen. Ook 'La Voix Humaine' van Poulenc werd vaak vertolkt. Samen met 'Jeanne d'Arc' was dat één van haar glansrollen.
Een andere, bijzondere uitvoering waarin ze een rol had was die van het oratorium "Das Buch mit sieben Siegeln" van de Oostenrijker Franz Schmidt door Toonkunstkoor Bekker uit Groningen en het Noordelijk Filharmonisch Orkest onder dirigent Charles de Wolff.


Gedurende een aantal jaren gaf Elisabeth les aan het Conservatorium van Maastricht. Ze kende de grote Nederlandse kunstenaars en trad met velen op. Onder andere ook met Hans Henkemans die altijd een grote hulp en steun was voor veel kunstenaars. Toen het ernaar uitzag dat het zingen ging ophouden heeft ze met succes de volwaardige opleiding gevolgd voor psychotherapeut/ psychodramatist, met de Voortgezette Opleiding MW als basis. Als therapeute werkte ze een aantal jaren en leidde groepen in het Lucas Ziekenhuis in Amsterdam en vervolgens in het Dagcentrum 'Vondelstraat', ook in Amsterdam. Zo bleef ook nu weer het acteren een onderdeel van haar professionele bezigheden.

Elisabeth Lugt woont met haar man aan de Amstel in Amsterdam met prachtig uitzicht over het water.

DISCOGRAFIE

Louis Andriessen: Nocturnen - Elisabeth Lugt, sopraan / Concertgebouw Orkest / Bernard Haitink - Donemus DAVS 6504
Claude Debussy: Trois Chansons de Charles d' Orléans - Elisabeth Lugt / Marinus Voorberg, piano
Helmut Degen: Johannes Passion - Elisabeth Lugt, Rudo Timper / NCRV Vocaal Ensemble / Marinus Voorberg - Camerata CMS 30013 LPT
Alphons Diepenbrock: 'Wenn Ich ihn nur habe' - Elisabeth Lugt / Danzi Kwintet / Tonny de Gruyter, contrabas - Composers Voice Special 6810 986

Hugo Distler: Die Weihnachtsgeschichte door The Netherlands Madrigal and Motot Choir met Elisabeth Lugt, Wiebe Drayer, Tineke van Raalte, Henk Driessen, Bert van't Hoff, Kees Deenik. Dirigent en orgel Marinus Voorberg - Philips N 00736 R
Jan van Gilse: Tagore, liederen uit Gitanjali - Elisabeth Lugt / Concertgebouw Orkest / Bernard Haitink - Donemus DAVS 6405
Georges Migot: La Passion - Arie Roodenburg, tenor / Bert van t' Hoff, tenor / Cornelis Kalkman, tenor / Elisabeth Lugt, sopraan / Elisabeth van der Ploeg, sopraan - Radio Philharmonisch Orkest / Radio Koor / NCRV Vocaal Ensemble / Marinus Voorberg - Arion CD
Willem Pijper: Halewijn - Elisabeth Lugt, Sophia van Sante, Martha van Kerkhof, Frans Vroons, Bert Bijnen en Carel Willink / Het Utrechts Symfonie Orkest / Nederlands Kamerkoor / Felix de Nobel - Donemus 6704
Gerard Hengeveld: A Christmas Cantata (Noëls internationaux) -
Elisabeth Lugt (sopraan), Jan Rietvelt (tenor) / 'Consolatrix Afflictorum Koor" en Orkest - Philips S 06023 R.

Er zijn opnamen gemaakt van concerten, van radio- en televisieuitzendingen waarin Elisabeth Lugt een min of meer belangrijke rol zingt. Enkele werden in de afgelopen jaren uitgebracht, zoals:
Francesco Cilea: Adriana Lecouvreur met Magda Olivero, Renato Capecchi, Fernando Ferrari, Mimi Aarden, Franco Ventriglia / Mario Carlin, Elisabeth Lugt, Else de Graaf, Simon van der Geest, Max van Egmond - Het Groot Omroepkoor/ Het Omroeporkest / dirigent Fulvio Vernizzi - als MP3 Download
Wolfgang Amadeus Mozart: La clemenza di Tito met Ernst Haefliger, Bruna Rizzoli, Sophia van Sante, Leo Ketelaars, Elisabeth Lugt - Concertgebouworkest / Eugen Jochum - Bella Voce 107.006

 

Het dramatische oratorium 'Jeanne d'Arc au bûcher' van Arthur Honegger (op tekst van Paul Claudel) met Elisabeth Lugt als Jeanne, werd vele malen met dirigent Jean Fournet uitgevoerd. Deze foto is van de uitvoering onder leiding van dirigent/pianist Iskar Aribo, tijdens diens afscheidsconcert gegeven op 5 maart 1971 in de Stadsgehoorzaal in Leiden. De uitvoerenden: Het Gewestelijk Orkest voor Zuid-Holland, Elisabeth Lugt (vierde soliste van links), Bernard Kruijsen (zittend links voor het orkest), Leny Stevens-Ridderhof, Lize Schoo, Hannelore Pennink, Serge Maurer, Rob Hall, Co Hageman-Verhagen, Jos Dros, Albert Labordus, Het Toonkunstkoor Leiden en Het Haagsch Matrozenkoor.
Iskar Aribo is het pseudonym voor de Nederlandse pianist en dirigent Isaac Cohen. Hij studeerde bij de Nederlandse pianist/dirigent Phons Dusch en bij de Franse pianist Marcel Ciampi, professor aan het Conservatoire de Paris.

Text: Rudolf A. Bruil, Amsterdam, lente 2007

Op 15 juli 2009 werd het bericht ontvangen dat
Elisabeth Lugt, zangeres/psychotherapeut, op 13 juli is overleden.

TOP OF PAGE

 

 


Elisabeth Lugt - Soprano

Record collectors may come across recordings which feature Dutch soprano Elisabeth Lugt, mostly on Composer's Voice editions issued by Donemus and on the Philips label. Those collectors certainly would like to know more about this singer who studied with Theodora Versteegh, Pierre Bernac, and Corry Bijster and who performed with the great conductors Jean Fournet, Bernard Haitink, Willem van Otterloo, Eugen Jochum; was accompanied by pianist George van Renesse for 22 years, by Felix de Nobel and Hans Henkemans, and later, on occasion, by Rudolf Jansen, Tan Crone and Gerard van Blerk. She sang with Bernard Kruysen, Annette de Labije, Max van Egmond, to name a few.

Elisabeth Lugt was born in Batavia, Indonesia, in 1924. Many artists came to stay at the Lugt residence when they had come to Batavia to give recitals and performances in "De Kunstkring"(Art Circle). When the famous Pasquier Trio were visiting, alto Pierre Pasquier, on hearing young Elisabeth sing, immediately recognized the exquisite timbre of her beautiful voice. Music was part of her education. She not only recalls the many artists who performed live, but she also remembers hearing Mozart's Violin Concerto K 217 played on the gramophone in her parent's home. And that is probably why she later favored singing Mozart to performing Bach.

At seventeen she passed her exam and planned to go to university. But then the Second World War broke out and the Japanese came to occupy most of Indonesia. Elisabeth as well as her parents were interned in a camp. Many famous and well known people were interned there as well. They had important positions in Indonesia, or they just were on a visit and were not allowed to leave, like Szymon Goldberg and Lili Kraus. Initially it was an open camp consisting of small houses and people were free to come and go. But as in 1942 the situation severed, the camp was locked, nobody could get in or out. That was when the suffering began and the fight of each and every prisoner against famine, infections and diseases in order to survive. There was one consolation and that was the piano that stood in one of the small houses. All sorts of music was played and it inspired many a prisoner. Elisabeth remembers the music of Mendelssohn-Bartholdy being played.
Many did not survive the ordeal. Those who survived were in a bad physical state. When liberated in 1945, Elisabeth at 21 was putting a mere 70 pound on the scale.

Elisabeth's father had lost his prospering business. The family returned to the Netherlands and had to start from scratch. They came to live in Voorburg.
Elisabeth Lugt belongs to the generation that - because of World War II - lost many years of schooling and personal development. Only now she could begin what she had wanted to start with some five years earlier.
She asked Jo Vincent for advice about her voice and about singing lessons. But the famous soprano was not too enthusiastic, not realizing that Elisabeth had missed many years of professional training. Theodora Versteegh, another oratorio soprano, finally took her under her wing and she studied with her until Versteegh's death in 1970. From then on Corry Bijster was her teacher. Even a mature voice needs continuously schooling and exercise.
To start studying at the time was not all that easy. Elisabeth: "I had to fight for it!"

In those days the world and life style of musicians and artists was considered to be rather immoral. To study singing was out of the question. That is why Elisabeth studied French and was going to be a teacher. However when singer Pierre Bernac and pianist Francis Poulenc came to perform in The Hague in the nineteen fourties, the parents of Elisabeth were so impressed by Bernac's artistry and by the importance of being able to express oneself by singing, they allowed their daughter to study singing full time and to go to Paris to study with Bernac. After a month Bernac said: "You do not need more lessons. What is important now is to get experience in performing on stage."

Speaking French fluently, naturally her repertoire was the music of Maurice Ravel (Shéhérazade, L'enfant et les sortilèges), Claude Debussy (L'enfant prodigue), Francis Poulenc (La voix humaine) and Arthur Honegger (Jeanne d'arc au bûcher). She often performed Shéhérazade with Jean Fournet who also conducted the performances of Arthur Honegger's oratorio "Jeanne d'Arc au bûcher" in which she excelled and impressed the audiences time and time again. She did "La voix humaine" with pianist Felix de Nobel. In Bizet's Carmen she was Micaela and she also sang in "Die Weihnachtsgeschichte", with Marinus Voorberg conducting. Together with Jeanne Deroubaix (alto), Guus Hoekman (bass), Hans Ulrich Mielsch (tenor), and Naan Pöld (tenor) she sang in the oratorio "Das Buch mit sieben Siegeln" (The Book of Seven Seals) of the Austrian composer Franz Schmidt, Charles de Wolff conducting the "Toonkunstkoor Bekker" and "Het Noordelijk Filharmonisch Orkest".

Pianist George van Renesse was her accompanist for 22 years. On the instigation of impresario Sylvio Samama, Felix de Nobel was her pianist.
Early in her careen she stayed in Vienna, for two years. There her voice was often compared to that of Irmgard Seefried.
In 1953 she won First Prize at the Fauré Competiton organized by Noémie Pérugia. In the fall of that same year she traveled to Indonesia with flutist Jean-Pierre Rampal and harpsichordist/pianist Robert Veyron-La Croix. They toured the islands for 2 months, flying in little wooden planes, Jean-Pierre Rampal recalls in his 'Memoires'. The trio had to adept to the weather, the sometimes primitive guest houses and above all to the pianos on which Robert Veyron-La Croix had to perform. But it was a rewarding experience of exchanging Indonesian and European culture.

As Elisabeth Lugt had a natural gift for acting she not only excelled in the performances of L'enfant prodigue, Jeanne d'arc and Carmen. Late in her carreer she studied to be a psychotherapist and was active in the Amsterdam St. Lucas hospital. Role playing was the main ingredient in this therapy and in this way she was able to help many patients.

She now lives with her husband in a beautiful house in Amsterdam, over viewing the Amstel river.

Text: Rudolf A. Bruil, Amsterdam, spring 2007


On July 13, 2009, Elisabeth Lugt, singer and psychotherapist, passed away at the age of 85.

TOP OF PAGE

Written by Rudolf A. Bruil - Page first published June 2007.

WILLEM MENGELBERG AND BACH'S ST. MATTHEW PASSION
GOLD FOR BERNARD HAITINK: 50 YEARS WITH THE ROYAL CONCERTGEBOUW ORCHESTRA
VIOLINIST/VIOLIST PAUL GODWIN / WIM DE HAAN - EEN HERINNERING
MARIE-CLAIRE ALAIN / MERCURY LIVING PRESENCE /
BACK TO AUDIO & MUSIC BULLETIN
THE UNIVERSAL RECORD STABILIZING RING
/ THE REMINGTON SITE
CARTRIDGE AND TURNTABLE ADJUSTMENT / PROFESSIONAL RECORD CLEANING
SUBMIT YOUR 10 DESERT ISLAND DISCS
/ LONG PLAYING RECORD GUIDE

Contemporary Records - Lester Koenig

Concert Hall - Musical Masterpiece Society

 

Audio & Music Bulletin
Audio&Music Bulletin - Rudolf A. Bruil, Editor - Copyright 1998-2009 by Rudolf A. Bruil and co-authors